Geen nice-to-have maar een must: conceptueel bouwen
In de woningbouw wordt massaal gestapeld, maar vaak nog volgens oude gewoontes. Terwijl de technieken voor slim, duurzaam en conceptueel bouwen allang beschikbaar zijn.
In de nieuwste aflevering van Doorbrekers in de bouw vertellen Nico Blaauw, Teamleider Techniek en Duurzaamheid bij Trebbe en Pim Ketelaars, Manager Duurzaamheid Woningbouw bij Heijmans, over hun visie op de transitie naar toekomstbestendige appartementenbouw en wat daarvoor nodig is.
De kennis is er, de kaders missen nog
Zowel Nico als Pim zijn betrokken bij het Lente-akkoord. Daarin werken koplopers uit de bouw samen aan de materiaaltransitie: bouwen met minder en duurzamer materiaal. Ze zoeken naar praktische oplossingen voor techniek, wetgeving en samenwerking. Tegelijkertijd lopen ze tegen duidelijke beperkingen aan. “Er is geen politieke aandacht voor data,” zegt Pim. “Het is bijna niet mogelijk om uit te leggen of een houten kozijn duurzamer is dan een kunststof kozijn.” Daardoor worden keuzes nu gemaakt op onderbuikgevoel, niet op feiten. Deze situatie is lastig, volgens Pim: “Je verzandt in discussies, en een opdrachtgever wil beslissingen kunnen maken.”
Dat probleem raakt direct aan de bouwopgave, want wie niet kan aantonen dat een houten woning duurzamer is dan een betonnen, kiest vaak alsnog voor de goedkoopste optie. “Dan krijg je verkeerde discussies,” zegt Pim. “Je hebt eigenlijk een kans dat er veel geld de markt in komt, en die benut je niet.” Daardoor lukt het de sector niet om de woningbouwopgave te verbinden aan verduurzaming. In plaats van systematisch te kiezen voor de duurzaamste oplossing, vallen opdrachtgevers terug op vertrouwde keuzes.
Slimmer stapelen: van uniek naar conceptueel
Een belangrijke doorbraak die nodig is in de bouw, ligt in het loslaten van maatwerk bij appartementen. Waar rijwoningen vaak gebaseerd zijn op herkenbare, gestandaardiseerde ontwerpen met voorspelbare processen, geldt dat voor appartementenbouw veel minder. Elk appartementencomplex wordt nog steeds als een uniek project benaderd, met een eigen bouwlocatie, specifieke vormgeving en op maat gemaakte oplossingen. Dat maakt opschaling en verduurzaming lastiger. Pim zegt daarover: “Die appartementen die staan, als we er eentje in de wei bouwen, die zijn prima. Kunnen we die conceptueel maken. Maar eentje in de binnenstad van Rotterdam? Is wel een stuk complexer.”
Dat moet anders. Door ook in de gestapelde bouw te kiezen voor conceptueel bouwen, net zoals bij grondgebonden woningen, ontstaat ruimte voor snelheid, duurzaamheid en betaalbaarheid. Nico zegt: “Bij elk project wat je draait, wordt de basis beter, slimmer. Je hoeft niet meer te denken over hoe die leiding of ventilatie in de vloer zit. Dat is allemaal al uitgedacht.”
Een voorbeeld van succesvol conceptueel bouwen komt uit Lelystad, waar Trebbe een prefab appartementencomplex van 15 lagen bouwde. “De bouwtijd van de ruwbouw was zes dagen per laag,” vertelt Nico. “Het balkon zat al aan het casco, de gevels waren afgewerkt, de kozijnen zaten er al in.” Het gebouw laat zien dat standaardiseren niet ten koste hoeft te gaan van uitstraling. “Je ziet aan de buitenkant en aan de binnenkant niet dat het een concept is,” aldus Nico. “Dat is juist het mooie.” Dit voorbeeld laat zien hoe conceptueel bouwen snelheid en kwaliteit combineert. Door slim te standaardiseren en meer met prefab te werken, gaat de bouw sneller, met minder materiaal en zonder in te leveren op uitstraling.
Verandering begint eerder in de keten
Toch komt conceptueel bouwen vaak te laat aan bod. Tegen de tijd dat bouwers instappen, zijn architect en constructeur al aangehaakt en ligt er een schetsontwerp. “Dan kun je niet meer terug,” zegt Nico. “Dan wordt het gewoon in de markt gezet en is het concept al een gepasseerd station.”
Daarom moet de beweging eerder beginnen bij opdrachtgevers, woningcorporaties en overheden. Daar ligt de mogelijkheid tot een cultuurverandering. “Wij zijn van oudsher aannemers: wij voeren uit wat de klant vraagt,” zegt Pim. “Maar dat kan niet meer. Als je duurzaam aanvoerder wilt zijn, moet je ook durven zeggen: wij willen het op deze manier doen.”
Alleen kunnen de koplopers de omslag niet maken Pim: “De eerste twee groepen komen wel in beweging: mensen die intrinsiek gemotiveerd zijn en mensen die commerciële kansen zien. Maar de grootste groep wacht af.” Volgens beide gasten ligt de sleutel bij de overheid: die moet duidelijkheid bieden over data, normen en eisen. “Als je harder wil lopen, dan kun je vanuit de overheid het speelveld duidelijker maken. Dan gaat het veel harder.”
Doorbrekers in de bouw is een podcastserie van VBI over slimmer en duurzamer bouwen. In aflevering 5 vertellen Nico Blauw en Pim Ketelaars over hun visie op appartementenbouw, wat de sector nodig heeft om te versnellen en welke rol de overheid daarin kan spelen. Luister hier de volledige aflevering op YouTube of luister via Spotify.